Er zijn kleine verschillen in software-versies mogelijk. Omdat het soms van belang is om te weten welke software-versie het betreft, wordt er naar deze software-versie verwezen. U kunt als volgt bepalen welke software het toestel heeft: Trek de stekker uit het stopcontact (als het toestel niet in bedrijf is), wacht eventjes en doe de stekker weer in het stopcontact. Na ca 10 seconden ziet u enige tijd 2 cijfers, bijv. “16” in het display. Dit betekent software versie 1.6.
Alarmcodes (A)
Het toestel is vergrendeld. De oorzaak dient opgelost te worden, waarna de reset-toets ingedrukt dient te worden om het toestel weer op te starten. Na 6 keer resetten wordt deze functie geblokkeerd. U dient even de stekker uit het stopcontact te halen voor de resetfunctie weer werkt.
Als een Alarmcode (A) na een reset terugkeert: Bel dan direct naar Dick Hendriks.
Wacht in een noodgeval tenminste 60 minuten alvorens opnieuw te resetten.
A1 – Geen ionisatiesignaal (tijdens ontsteken)
- Controleer of de gaskraan open staat;
- Controleer de ionisatiepen op: contacten / vervuiling / aardsluiting. Vervang bij twijfel de ionisatiepen.
- Controleer de werking van de vonkontsteking:
Is de afstand tussen vonk-elektrode en aardpen 3,0 mm? - Controleer de gasvoordruk: ontlucht gasleiding;
- Controleer of het gasblok gas naar de brander doorlaat. Controleer gasdruk bij opstarten.
- Controleer de werking van de ventilator.
- Controleer of het condenswater goed weg kan lopen. Reinig eventueel het sifon.
- Is de DBM04-print defect?
A2 – Vals vlamsignaal
Er wordt vlam gedetecteerd terwijl de gasklep gesloten is. Is het gasblok defect? (sluit niet goed) Is de DBM04-print defect?
A3 – Te hoge CV-aanvoertemperatuur
De CV-aanvoer temperatuur is te hoog of te hoog geweest:
- Controleer de werking van de pomp.
- Controleer of de radiatoren en/of bypass open staan. Er moet altijd doorstroming mogelijk zijn;
- Controleer in de historie-gegevens of er regelmatig F8 storingen voorkomen.
- Controleer juiste elektrische weerstand van de cv-aanvoersensor.
A4 – Te hoge temperatuur van rookgassen
De rookgastemperatuur is binnen 24 uur 3 maal hoger geweest dan 95 graden.
A5 – Ventilatorfout
Er is geen tijdige terugkoppeling van het frequentiesignaal van de ventilator naar de DBM04-print.
- Zitten de stekkers goed op de ventilator?
- Controleer de werking van de ventilator. (Als de ventilator vervangen dient te worden mag deze elektrisch niet losgenomen worden als er nog spanning (230V) op het toestel staat).
A6 – Binnen 4 minuten vijf maal verlies van vlamsignaal gesignaleerd
- Controleer de ionisatiepen (contacten / vervuiling); Vervang bij twijfel de ionisatiepen.
- Controleer de weerstand van rookgasafvoer en lucht toevoersysteem (verwijder ter controle de dop in de luchttoevoer);
- Controleer de condensafvoer; Reinig eventueel de sifon en/of condensbak. Dek de elektrakast goed af.
- Controleer bij een slecht en onregelmatig brandende brander of bij regelmatig voorkomende A6 storingen het branderbed.
A23 – Nominale waterdruk niet bereikt binnen 4 minuten
Dit toestel heeft niet de benodigde onderdelen die deze fout kunnen veroorzaken.
Mogelijk is de DBM04-print defect.
A24 – Waterdruk niet bereikt binnen toegestane tijd
Dit toestel heeft niet de benodigde onderdelen die deze fout kunnen veroorzaken.
Mogelijk is de DBM04-print defect.
A25 – Fout 36 meer dan 3 keer voorgekomen in de laatste 24 uur
Bij fout F36 is de ionisatiepen kortgesloten naar aarde, eventueel door vocht.
Controleer de ionisatiepen (contacten / vervuling), vervang bij twijfel de ionisatiepen.
A41 – Geen watercirculatie
Na ontsteken brander 3x geen verhoging van CV-aanvoertemperatuur.
(minstens 1 graden verhogen na 15 sec. nodig).
- Controleer de werking van de pomp;
- Controleer of de radiatoren en/of bypass open staan. Er moet altijd doorstroming mogelijk zijn.
- Controleer of de CV-aanvoersensor goed op de buis is geklikt. Zit het contactvlak van de sensor goed op de buis?
- Controleer juiste elektrische weerstandswaarde van de cv-aanvoersensor?
Wachttijd voor branderbedrijf: is geen storing!
(vanaf software 1.6)
Als de aanduiding “d1” of “d2” te zien is, staat het toestel is een wachttijd voor branderbedrijf. Dit kan tot 4 minuten duren, afhankelijk van parameter instellingen.
Slecht werkende thermostaat
Ook elektronische AAN/UIT-kamerthermostaten met zogenaamde powersteeling (zonder batterij), bijv. de Honeywell Round ON/OFF (T87G1006 / T87G1022 / TB8715G1009), Easystat (T8499…) of mogelijk andere typen of merken, moeten bij dit toestel aangesloten worden op de universele kamerthermostaat aansluiting 7-8, de losneembare kroonsteen. (7-8 is geschikt voor OpenThem of AAN/UIT).
Foutcodes (F)
Het toestel is geblokkeerd. Bij deze storing dient de oorzaak ervan opgelost te worden, waarna het toestel vanzelf, dus zonder dat de resettoets hoeft te worden ingedrukt, weer in bedrijf komt. Het drukken op de resettoets heeft bij een F-code geen effect. Sommige van deze storingen kunnen dan verdwijnen, maar komen soms regelmatig weer terug.
Indien Foutcodes (F) zich regelmatig voordoen: Neem dan contact op met Dick Hendriks. Vermeldt bij telefonisch contact het type toestel en de storingscode.
F7 – Te hoge rookgas-temperatuur
De rookgas-sensor meet een te hoge rookgastemperatuur rookgastemperatuur (boven 95 graden).
- Controleer of het rookgasafvoer / luchttoevoer systeem in orde is.
- Controleer juiste elektrische weerstandswaarde van de rookgassensensor.
F8 – Te hoge CV-aanvoer temperatuur
- De temperatuur van de CV-aanvoerleiding voor de wisselaar is hoger dan 99 graden geworden.
- Controleer of de doorstroming van de CV-installatie in orde is; Als de temperatuur beneden de 89 graden komt, zal het toestel bij aanwezige warmtevraag weer ontsteken.
- Controleer de werking van de pomp;
- Staat de pomp op de hoogste stand?
- Controleer of de radiatoren en/of bypass open staan. Er moet altijd doorstroming mogelijk zijn.
- Controleer of de elektrisch weerstandswaarde van de CV-aanvoersensor juist is.
F9 – Te hoge CV-retour temperatuur
- De temperatuur van de CV-retourleiding na de wisselaar is hoger dan 99 graden geworden. Controleer of de doorstroming van de CV-installatie in orde is. Als de temperatuur beneden de 89 graden komt, zal het toestel bij aanwezige warmtevraag weer ontsteken.
- Controleer de werking van de pomp.
- Staat de pomp op de hoogste stand?
- Controleer of de radiatoren en/of bypass open staan. Er moet altijd doorstroming mogelijk zijn.
- Controleer juiste elektrische weerstandswaarde van de CV-retoursensor.
F10 – CV-aanvoer-dubbelsensor fout (sensor 1): niet aangesloten of defect
- Zijn de stekkertjes op de sensor aangesloten?
- Controleer of de sensor niet defect is. De weerstand bij 25 graden dient ca 10 kOhm te zijn.
F11 – CV-retoursensor fout: niet aangesloten of defect
- Zijn de stekkertjes op de sensor aangesloten?
- Controleer of de sensor niet defect is. De weerstand bij 25 graden dient ca 10 kOhm te zijn.
F12 – Tapwatersensor fout
Als deze fout voor komt, staat parameter 2 van het parametermenu niet op 1. Zet deze op 1.
F13 – Rookgas-sensor fout
- Controleer of de sensor goed is aangesloten en geen kortsluiting maakt;
- Controleer ook de aansluiting op de print.
- Controleer of de sensor niet defect is. DE weerstand bij 25 graden is ca 10 kOhm.
F14 – CV-aanvoer-dubbelsensor fout (sensor 2): niet aangesloten of defect
- Zijn de stekkertjes goed op de sensor geklikt?
- Controleer of de sensor niet defect is. De weerstand bij 25 graden dient ca 10 kOhm te zijn.
F15 – Ventilatorfout
- Zitten de stekkers goed op de ventilator?
- Controleer de werking van de ventilator. (als de ventilator vervangen dient te worden, mag deze elektrisch niet losgenomen worden als er nog spanning (230V) op het toestel staat).
F34 – Te lage voedingsspanning
- Controleer of de 230V netspanning uit het elektriciteitsnet voldoende hoog is.
F35 – Frequentie fout
T/m software 1.5: parameter 28 moet op 0 staan (0 = 50Hz)
vanaf software 1.6: parameter 29 moet op 0 staan (0 = 50Hz)
Mogelijk is de print defect. Vervang deze.
F36 – Ionisatiepen kortgesloten naar aarde
- Controleer de ionisatiepen op vocht en vervuiling.
- Controleer de contacten en de bedrading.
- Vervang bij twijfel altijd de ionisatiepen.
F37 – Waterdruk van de CV-installatie is te laag
- De druk in de CV-installatie is te laag (1,6 bar bij koud CV-water).
- Controleer bij voldoende druk of de CV-drukschakelaar in orde is.
- Controleer of het expansievat in orde is.
F39 – Buitenvoeler fout
- Indien buitenvoeler aangesloten:
Controleer aansluitingen. Mogelijk is de sensor defect (NTV 10kOhm bij 25 graden)
F40 – Te hoge waterdruk in de CV-installatie
- Controleer of parameter P01 van het installateursmenu op 0 staat.
- Deze fout kan niet voor komen omdat er geen CV-druksensor is geplaatst, maar een CV-drukschakelaar.
F42 – Te groot temperatuurverschil tussen de 2 meetelementen van de CV-aanvoersensor
- Zit de sensor goed op de leiding geklikt.
- Controleer de weerstand van de 2 meetelementen van de CV-aanvoer-dubbelsensor.
- Controleer de bedrading naar deze sensor.
F50 – Instellingsfout
Staat parameter 28 (instelling t.b.v. ingang 1-2 van de toestelconnector) wel op 0?